woensdag 29 mei 2013

Schildpaddenrace

Een stuk van het strand is afgezet met rood-wit gestreept lint. Aan beide kanten verzamelen zich mensen, en in de driehoek wit zand in het midden staat een Indonesische man met een microfoon en twee blauwe emmers. Hij vertelt over zeeschildpadden. Over hoe ze op deze kust eieren leggen, maar bedreigd worden, en hoe dorpelingen een nest opgroeven om de eieren veilig uit te broeden. Vandaag worden de schildpadjes, een dag oud, vrijgelaten. Vrijwilligers mogen helpen. Tijm kijkt me aan en ik geef hem een zetje. De man laat zijn ogen rusten op Tijm, maar kijkt dan verder.

Vijf kinderen krijgen een schildpadje en laten het los op het warme zand om de tocht naar zee te beginnen. De beestjes laten er geen gras over groeien. Onverstoorbaar ploegen ze hun miniatuur flippers door het zand 
tussen het lawaaiige publiek. Het duurt niet lang voor de eerste onder luid applaus de branding bereikt. Dapper gaan ze door, flapperend met hun flippertjes over de deinende golfjes. 

Op het strand zoekt de man met de microfoon nieuwe vrijwilligers. Wie weet wat voor schildpad dit is, vraagt hij? Een tienjarig Australisch meisje weet het antwoord: de karetschildpad. Zij mag over het lint. De volgende vraag, wie of wat deze schildpadden het meest bedreigt krijgt veel antwoorden. Vossen, zeemeeuwen, haaien. Een Singaporees meisje wint de prijs: de mens. En grootschalige strandresorts zoals deze, denk ik, maar niet hardop. Dat zou hypocriet zijn, wij verblijven hier immers ook.

De man zoekt een laatste vrijwilliger, maar voor ik naar Tijm kan wijzen heeft een Amerikaanse moeder haar dreumes onder het lint geduwd. Hij laat zijn schildpadje van veel te hoog vallen, het publiek houd de adem in, tot het na een minuut aarzelend zijn nekje strekt.

De toeschouwers zijn de zee ingelopen, zodat de schildpadjes benen, camera’s en kinderhanden ontwijkend het water door moeten. Normaal gesproken zal maar een op duizend van de kleine beestjes de volwassenheid bereiken. Zullen deze schildpadjes een betere kans hebben, omdat ze beschermd zijn geweest tegen roofdieren op het eerste deel van de gevaarlijke reis? Of beginnen ze hun leven juist gestrestst, gedesoriënteerd door het lawaai? Natuurbescherming is geweldig, aandacht voor bedreigde dieren bij een groot publiek ook, maar het circus dat ik voor me zie heeft een onduidelijke bijsmaak.

De laatste schildpadjes worden vrijgelaten, en ik duw Tijm naar voren om het allerlaatste beestje te ontvangen. Met een brede glimlach zet hij het, heel voorzichtig, in het zand, en we volgen het naar beneden, de broertjes en zusjes achterna. Het haalt ze in, en Tijm en Linde juichen, de onze zal winnen! Stoer schuift ons schildpadje de golven in en omzeilt pootjebadende benen en Jasmijn’s wijzende vingers. Steeds dieper peddelt het, tot we alleen nog een klein hoofdje als een knikker aan de horizon zien dobberen, de ondergaande zon en een onzekere toekomst tegemoet.

We zwaaien het na, hopend dat het een echte winnaar wordt, dat het roofdieren en vissers zal overleven, dat we het niet te gek gemaakt hebben met ons enthousiasme, dat het volwassen zal worden om hier terug te keren, en opnieuw eieren te leggen in het gouden zand van Bintan.




maandag 6 mei 2013

Een heleboel feest

Ik voelde me niet zo lekker. Ik wilde wel eerder schrijven over alle belangrijke dingen die er afgelopen week gebeurden. Over de nieuwe koning. Over Linde, die vier werd en naar groep 1 mocht. Over de Nederlandse expat gemeenschap die niet één dag maar dagenlang feest vierde, in het oranje, om de lokale bevolking te laten zien met hoeveel en hoe gek we wel niet waren. Over de champagnebar in de stad waar de we de inhuldiging zagen, en waar ze naast bitterballen en haring hutspot als barsnack serveerden. Over de vrijmarkt op de Hollandse Club waar de kinderen hun spaarpot leegkochten. Over de grote nieuwe tv waarop we, online, de inhuldiging nog eens zagen, en samen met de kinderen de mooie Máxima en de prinsesjes, in koninklijk blauw, bewonderden. De echte prinsesjes, dan wel blond maar zo anders dan die van Disney, en met hun bolle wangen en gapen zoveel mooier en perfecter.

Zo veel feesten, maar ik, die me niet lekker voelde, kon niet voluit meedoen. Maar hoe je je ook voelt, als moeder is er geen excuus voor een meisje dat vier wordt en een feestje wil. Of voor een vijfjarige jongen die beloofd is dat mama komt helpen met de oud Hollandse spelletjes. Of de tweejarige die alles wil.

Dus hadden we een feestje, de kinderen versierden hun eigen kroon, en cakejes, verkleedden zich als prinsen en prinsessen, zongen Happy Birthday, Lang zal ze leven en aten zelfgebakken aardbeientaart. Linde kreeg prinsessen en Barbie en veel bling. Bij de fietsenwinkel waar we het verjaardagskado gingen uitzoeken stroomden de tranen, toen Linde de zo begeerde prinsessenfiets niet mocht, omdat er ergens een grens is aan hoeveel Disney prinsessen een moeder kan verdragen.

Ook op school, in de nieuwe groep 1d, was er een feestje, en koningin Linde zat gelaten en ietwat verlegen op haar troon in de kring, de grote rode kroon met de 4 op haar blonde lokken. Er werd getrakteerd, dezelfde zakjes met popcorn en snoep als bij het afscheid van de peuterschool een paar dagen eerder. Ophalen mocht ik niet, ze ging wel met de bus terug. En op mijn vragen hoe het was, op school, kwam niet meer antwoord dan dat het leuk was. Ze zei toch dat het leuk was, mama, en stampte naar boven om haar nieuwe prinsessenjurk te halen.

Toen ik bij mijn arts, in het Singaporese ziekenhuis dat meer lijkt op een luxe hotel, klaagde dat het herstel na de operatie zo langzaam ging, had hij maar één advies. Rust. Dus nu lig ik op mijn bed en ontspan mijn lichaam, behalve de toppen van mijn vingers die heen en weer gaan over de toetsen. De feesten zijn voorbij. De prinses is weer naar school. De koningin gaat rusten.